Last van faalangst

Op school moet je durven fouten maken. Daarom spreken we graag over ‘faalmoed’. Wanneer je de lat zo hoog legt dat je geen fouten mag maken, dan kan dit zich uiten in extreme stress/paniek, of in vluchten. In beide gevallen heeft dit een grote impact op jouw schoolse functioneren. 

Wij hebben in SASK al een aantal afspraken, die voor iedereen gelden (basiszorg), en die jou zeker al vooruit kunnen helpen. Enkele voorbeelden:

  • Laagdrempelige en warme zorg. Je kan heel vlot bij iedereen terecht: bij je leerkrachten en de opvoeders, bij de leerlingenbegeleiders mijnheer Pieters en mevrouw De Deyne, bij de graadcoördinatoren en ook bij de directie.
  • Er wordt tijd gemaakt voor individuele gesprekjes met de klastitularis tijdens het klasuur.
  • We volgen het welbevinden van onze leerlingen op met Appwel, een app waarmee we telkens een mooi overzicht hebben van wat leeft in onze klassen. Op basis van de gegevens kunnen we ook overgaan tot actie.
  • Bij de voorbereiding van spreekoefeningen voor de klas krijg je tips om stress en paniek tegen de gaan.

In overleg met leerling, leerkrachten, ouders en zorgteam (soms met CLB en externe partners) kunnen we volgende maatregelen nemen. Deze maatregelen zijn individueel op maat en worden ook geëvalueerd en desnoods bijgestuurd. Indien deze maatregelen niet volstaan, helpen we om verder (externe) hulp te zoeken. 

  • Gesprek met leerlingenbegeleiding om probleem scherp te stellen.
  • Leerkrachten en ouders informeren rond kenmerken van faalangst om misverstanden te vermijden.
  • Leerling krijgt begeleiding op school (‘faalangsttraining’): inzicht in eigen problematiek, kracht van angst en falen, tips bij stress en paniekaanvallen.
  • Tijdelijk dispenseren van een (spreek)opdracht.
  • Inzetten op ‘groei’: met kleine stapjes grote drempels overwinnen (bv. spreekoefeningen stapsgewijs opbouwen).